![]() |
Dokters hanteren tenminste drie stijlen van argumentatie: de pathofysiologische, de klinisch-epidemiologische en de biopsychosociale stijl. De klinisch-epidemiologische stijl, ook wel de evidence-based medicine genoemd, is de laatste decennia dominant en heeft de geneeskunde grote winst gebracht. Maar op veel fronten wringt het ook, want welke evidence is relevant? Inmiddels verlangen we een pathofysiologische onderbouwing van de klinisch-epidemiologische vraagstelling en bij de uitkomstmaten mag de kwaliteit van leven, een typisch biopsychosociale determinant, niet ontbreken. Maar dan nog heeft de evidence-based medicine inmiddels intrinsiek grote problemen (Greenhalgh c.s. BMJ 2014) vanwege de invloed van de industrie op het onderzoek, de discussie over de klinische versus statistische significantie, de representativiteit van het bewijs voor de alledaagse patient, etc.
Vanuit het perspectief van de patiënt kent goede zorg drie belangrijke dimensies: de professionele, organisatorische en relationele dimensie. De inbreng van patiënten in de organisatorische dimensie van de gezondheidszorg is vooralsnog beperkt, zeker waar het ziekenhuiszorg betreft. Wie heeft de regie als een patient specialisten van verschillende disciplines nodig heeft? En wie heeft de regie als de patient telkens een andere specialist van een bepaalde discipline ziet? De onderwerpen raken aan de relationele dimensie (het gekend zijn en gekend worden). De onderverdeling in de drie genoemde dimensies suggereert misschien dat kwaliteit van zorg bezien kan worden als bestaande uit losse onderdelen. Zorg kan ook worden opgevat als een proces waarin de drie dimensies niet los van elkaar te zien zijn. Dat levert een interessante discussie op over de vraag welke rol de patiënt kan vertegenwoordigen in het verbeteren van kwaliteit van zorg.
Nieuw is dat patiënten zelf een vierde, wetenschappelijke, dimensie hebben toegevoegd: ‘participant-led research’. Het gaat daarbij niet (alleen) om het verzamelen van geld voor onderzoek, maar om het formuleren van vraagstellingen door patiënten, het verzamelen van de benodigde gegevens en het uitzetten van activiteiten voor de beantwoording van de vraagstellingen.
Leerdoelen: