![]() |
Het succes van evidence-based behandeling van psychische problemen, wekt het vermoeden dat het de therapeut is die patiënten met effectieve behandeltechnieken beter maakt. Dat is maar ten dele zo. Eerder is het zo dat de patiënt het zware werk doet en niet de therapeut. De therapeut heeft voornamelijk de rol ervoor te zorgen dat de patiënt aan het werk gaat. Daartoe introduceert de therapeut geloofwaardige (en hopelijk ook werkzame) technieken, weet hij patiënten te bewegen om actief met deze technieken aan de slag gaan, spoort hij patiënten aan om vol te houden en helpt hij hen om ook daadwerkelijk baat te hebben van de effecten van deze technieken. Het belangrijkste middel van de therapeut daartoe is de relatie met de patiënt. Twintig jaar ervaring en een al even lange interesse in motiveren, leidde tot een herziening van een boek uit 2007. Deze herziening zette ons ertoe aan om ons verder in dit onderwerp te verdiepen en ons verder te bezinnen op de grondslag waarop het vak van therapeuten is gebaseerd: de kunst van het veranderen (Keijsers, Vossen, & Keijsers, 2012).
In deze workshop wordt via demonstraties en rollenspel geoefend met het omgaan met typerende interactionele problemen die zich kunnen voordoen bij twijfel van de patiënt of veranderen wel wenselijk en mogelijk is. In de theoretische inleiding worden wetenschappelijke achtergronden en praktijkkennis met betrekking tot motiveren besproken. Dit wordt vervolgens uitgewerkt via demonstraties, rollenspel en oefening. Van de deelnemers wordt een actieve inbreng verwacht en de bereidheid om ook kritisch naar eigen interactiestijl te kijken.