MENU
Advertentie
Advertentie
tijdsduur
ca. 2 uur
organisatie
CME-ACADEMY
kosten
basistarief
Gratis
extra prijsinformatie
informatie
gebied:
Somatiek
categorie(ën):
Cardiologie
onderwerp(en):
Antistolling/trombose
ICPC:
K
sponsoring
Pfizer
accreditatie
accreditatie
2
punten
abonnement
e
learning
CME-Academy - Nieuwe antistollingsmiddelen in de huisartspraktijk
Accreditatie Periode: 23-10-2017 t/m 22-10-2019
Deze Online Nascholing is niet meer geaccrediteerd!
Wilt u een andere Online Nascholing vinden:
Op het gebied van 'Cardiologie'?
Van dezelfde aanbieder?
Of wilt u liever zelf (uitgebreid) kunnen zoeken?

De e-learning Nieuwe antistollingsmiddelen in de huisartspraktijk gaat in op het belang van het toepassen van antistollingsmiddelen in de huisartspraktijk. De Nederlandse bevolking wordt steeds ouder en dit gaat gepaard met de toename van een aantal gezondheidsproblemen, waaronder atriumfibrilleren. Om een beroerte, een mogelijke complicatie van atriumfibrilleren, te voorkomen kunnen orale antistollingsmiddelen worden toegepast. De inhoud van deze cursus richt zich op het ziektebeeld atriumfibrilleren en op de kenmerken en werkingsmechanismen van de diverse beschikbare antistollingsmiddelen. Met name de NOAC’s (Niet vitamine-K-antagonisten Orale AntiCoagulantia) worden hier besproken. U krijgt praktische adviezen voor verschillende situaties waarin u te maken kunt krijgen met specifieke vragen rondom antistolling. Tevens wordt aandacht besteed aan het gebruik van antistolling bij ingrepen in de eerste lijn. Door middel van casuïstiek wordt u in de materie meegenomen.

De cursusinhoud wordt afgewisseld met verschillende soorten vragen:

  • Reflectievragen; deze staan vaak aan het begin van een hoofdstuk en zijn bedoeld om u vast te laten nadenken over de stof.
  • Open vragen; deze worden gesteld om te kijken of u de inhoud begrepen heeft en deze in uw eigen woorden kunt weergeven.
  • Inventarisatievragen; hiermee krijgt u een beeld van uw huidige kennis. Aan het einde van de cursus krijgt u deze vragen nogmaals te zien, maar dan met de antwoorden van de auteur erbij. U kunt dan zien wat u van deze cursus heeft geleerd.
  • Toetsvragen; aan de hand van deze vragen wordt u getoetst op de inhoud.

De reflectie- en inventarisatievragen en de open vragen tellen niet mee voor uw uiteindelijke score. Op reflectievragen komt geen feedback, op open vragen wel. Toetsvragen kunt u twee keer beantwoorden, maar alleen het eerst gegeven antwoord telt mee voor uw score. De eindtoets bestaat uitsluitend uit toetsvragen.

In deze e-learning wordt gebruikgemaakt van weblectures. Dat betekent dat de auteur de leerstof aan de hand van een PowerPointpresentatie presenteert. Tekst en videofragmenten worden afgewisseld met toetsvragen. Om de videofragmenten goed te kunnen zien, wordt aanbevolen om:

  • High definition (HD) aan te zetten;
  • De presentatie te vergroten naar full screen (met de vier pijltjes);
  • Het geluidsniveau te bepalen (met de verticale streepjes).

Na deze cursus weet de cursist:

  • In welke situaties de huisarts te maken kan krijgen met antistolling.
  • Wat de risicofactoren zijn voor atriumfibrilleren.
  • Wat de prevalentie is van atriumfibrilleren.
  • Hoe de CHA2DS2-VASc-score bepaald moet worden.
  • Wat het werkingsmechanisme is van de diverse antistollingsmiddelen.
  • Wat de eigenschappen zijn van de verschillende NOAC’s.
  • Wat de indicaties en doseringen zijn voor het voorschrijven van een NOAC.
  • Wat de verschillen zijn m.b.t. effectiviteit en veiligheid tussen de VKA en de NOAC’s.
  • Wat de resultaten zijn van de diverse (registratie)studies.
  • Wat de criteria zijn om tot een keuze voor een bepaalde NOAC te komen.
  • In welke gevallen een aanpassing van de dosering van de NOAC nodig is.
  • Wat de contra-indicaties zijn van de NOAC’s.
  • Wat de interacties zijn van de NOAC’s.
  • Hoe de huisarts het NOAC-gebruik bij de patiënt moet monitoren.
  • Wanneer en hoe een patiënt kan overstappen van een VKA naar een NOAC.
  • Wat er moet gebeuren wat betreft het optreden van spontane bloedingen bij het gebruik van antistolling.
  • Wat er moet gebeuren wat betreft antistolling bij ingrepen in de eerste lijn.
  • Hoe het traject verloopt bij een patiënt die een NOAC krijgt voorgeschreven.

Auteurs

  • drs. P Smits, huisarts te Zoetermeer, kaderhuisarts HVZ en huisartsopleider
  • drs. M.R.S. Tjon-A-Tsien, huisarts te Wateringen, kaderhuisarts HVZ en bestuurslid HartVaatHAG
Hebt u suggesties voor het verbeteren van deze pagina of algemene op- of aanmerkingen met betrekking tot onze website? Laat het ons hier weten!