![]() |
Tijdens deze module bespreken we drie onderwerpen binnen reizigersadvisering.
Allereerst: op reis met hiv. Hiv-geïnfecteerde patiënten worden tegenwoordig behandeld met een cocktail van meerdere antiretrovirale medicamenten (ART: anti-retroviral therapy). Daardoor is de kwaliteit van leven van deze patiënten sterk verbeterd. Kunnen zij zonder probleem een tropische reis ondernemen? Je leert welke factoren van de reis meewegen in je advies. Wanneer kun je vaccinaties geven en bij welk aantal CD4+-lymfocyten zijn deze gecontra-indiceerd? Wanneer dien je rekening te houden met interactie met hiv-medicatie? Welke andere risico’s lopen hiv patiënten op reis?
Het tweede onderwerp dat we behandelen is rabiës. rabiës is endemisch in veel populaire bestemmingen. Een besmetting bij iemand die geen pre-expositievaccinatie en geen postexpositie behandeling heeft ondergaan, heeft indien een encefalitis ontstaat altijd een fatale afloop. Toch wordt pre-expositievaccinatie niet altijd geadviseerd. Wat zijn de risicoafwegingen en indicaties voor vaccinatie voor en na de reis?
Het derde onderwerp op de agenda is tuberculose. Tuberculose is endemisch in diverse landen in Afrika, Azië en Oost-Europa. Je frist je kennis op over de ziekte, preventie en diagnostische mogelijkheden. Het adviseren van een BCG-vaccinatie of het afnemen van een Mantouxtest hangt af van aard en duur van de reis. Je leert meer over de achtergronden van deze afwegingen en leert wanneer je moet verwijzen naar de TBC afdeling van de GGD.
Na afloop van deze module: