![]() |
In 2017 werden in Nederland ongeveer 109.700 nieuwe gevallen van kanker vastgesteld, 6% was jonger dan 45 jaar. Inmiddels geneest gelukkig de helft van alle kankerpatiënten. Na de diagnose hebben patiënten een verhoogd risico op het ontwikkelen van pychische klachten, zo'n 15% ontwikkelt een depressie en 10% een angststoornis. Een kwart van de patiënten blijft ook lang na afronding van de behandeling kampen met ernstige vermoeidheid, soms nog jaren nadien. Deze vermoeidheid wordt gekenmerkt door plotseling optredende vermoeidheid en is daarmee beperkend voor het dagelijkse leven en terugkeer naar werk. De komst van internet en mobiele technologieën biedt de mogelijkheid om de toegankelijkheid tot oncologische nazorg te verbeteren en de inhoud van de behandeling aan te passen aan de wensen en behoeften van de patiënt. Tijdens dit symposium zal de behandeling van angst, depressie en ernstige vermoeidheid middels telemedicine of e-health interventies worden belicht. Daarbij wordt ook de blik gericht op de toekomst en de verwachting dat de oncologische zorg meer richting de eerstelijn zal bewegen.
Studies naar telemedicine and e-health interventies
- Het Helen Dowling Instituut deed samen met Roessingh Research and Development en de Universiteit Twente de Fitter na kanker studie (3-armige RCT) (Wolvers, Bruggeman-Everts, Van der Lee, Van de Schoot en Vollenbroek-Hutten, 2015). In deze studie werden de effectiviteit en werkingsmechanismen van twee verschillende online therapieën onderzocht: een bewegingsprogramma met digitale feedback en persoonlijke feedback via e-mail (AAF: ambulant activity feedback) en een online aandachtgerichte cognitieve therapie (eMBCT) vergeleken met een minimale controle interventie.
Marije Wolvers (PhD) zal vertellen hoe de AAF werkt in het verminderen van ernstige vermoeidheid. Ook zal ze vertellen wat de belangrijkste nieuwe inzichten zijn uit de vervolgstudie REFINE over fysieke activiteit en de relatie met vermoeidheid vanuit het netwerkperspectief.
Daarna zal Fieke Bruggeman-Everts, die januari 2019 promoveert op de Fitter na Kanker studie, de effectiviteit van eMBCT op ernstige vermoeidheid na kanker presenteren.
Vervolgens zal Josien Timmerman, die ook in januari 2019 zal promoveren (Acare2Move), ingaan op de verwachte en ervaren meerwaarde van telemedicine om functioneel herstel na oncologische behandeling bij operabele longkankerpatiënten te ondersteunen. Zij zal aandacht besteden aan de mogelijkheden en barrières voor succesvolle adoptie en implementatie van technologie-ondersteunende interventies voor revalidatie van kankerpatiënten in de klinische praktijk.
Om te onderzoeken of eMBCT net zo effectief kan zijn als MBCT in een groep voor het verminderen van psychische klachten heeft het Helen Dowling Instituut samen met het Radboud UMC een landelijk onderzoek gedaan, de zogenaamde BeMind studie (Compen et al., 2015). Psychiater Else Bisseling zal naar verwachting in 2019 op BeMind promoveren en zal deze middag vertellen over het belang van de werkrelatie tussen patiënt en behandelaar bij (online) interventies.
Nu kanker steeds meer een chronische ziekte wordt ligt het voor de hand de eerste lijn een grotere rol te geven in de nazorg voor de patiënt. Naast de huisarts kunnen ook de gespecialiseerde verpleegkundige en de verpleegkundig specialist hierin een rol spelen. Prof. Huisartsengeneeskunde Niek de Wit zal vertellen over onderzoek vanuit het Julius Centrum in Utrecht naar de vraag of de begeleiding en nazorg bij kanker even goed vanuit de eerste lijn kan worden geboden, en hoe e-health en de POH-GGZ daarbij kunnen ondersteunen.
Tot slot zullen prof. Mirjam Vollenbroek-Hutten en hoofd wetenschappelijk onderzoek Marije van der Lee hun blik richten op de toekomst: het effect van e-health en telemedecine in revalidatie en GGZ is inmiddels voldoende bewezen, hoe nu verder?
Dit symposium wordt georganiseerd in samenwerking met het Helen Dowling Instituut.