In deze training worden medisch specialisten - na een verkennend opstartgesprek – door een trainer geobserveerd en eventueel gefilmd tijdens opleidingsmomenten in de kliniek. De input van het verkenningsgesprek en de observaties zijn uitgangspunt voor reflectie en verbetering.

Veel didactische trainingen vinden plaats buiten de werkvloer. Tijdens trainingsdagen verdiepen en verbreden medisch specialisten hun didactische kennis en vaardigheden. Hoewel deze trainingen bijdragen aan de kwaliteit van medische vervolgopleidingen, is de vertaling van de inhoud naar handelen in de praktijk niet altijd gemakkelijk. Theorie en oefeningen sluiten immers niet altijd naadloos aan op de praktijk. Bovendien is wat wel en niet werkt vaak sterk persoons- en contextafhankelijk.

De opleiding anesthesiologie van het UMC Utrecht wil graag een landelijk geaccrediteerde didactische nascholing vormgeven die het didactisch handelen van stafleden op de werkplek ondersteund. In het kort ziet een traject er als volgt uit.

De training begint met een opstartbijeenkomst waarbij de leervragen van de deelnemers en de opzet van het trainingsprogramma geïnventariseerd en individueel afgestemd worden. In het tweede deel van de training worden de deelnemers individueel geobserveerd op de werkvloer door een expert teacher (bijv. collega met BKO/SKO, communicatiedeskundige, psycholoog of onderwijskundige). Deze observator kijkt naar het didactisch handelen van de deelnemer in de praktijk. Observaties worden individueel nabesproken, al dan niet met behulp van tijdens de training geschoten videobeelden. Observaties worden vertaald in voornemens ter verbetering. In de slotbijeenkomst wordt gereflecteerd op de leerervaringen. Deelnemers kunnen er voor kiezen de training meerdere malen te volgen. Tijdens een follow-up wordt het mogelijk de daadwerkelijke verbetering van het eigen gedrag te onderzoeken.

Kernwoorden: begeleiden, superviseren en beoordelen van AIOS, didactiek, agogiek, authentiek leren, leren in situ, directe transfer, observatie, videoreflectie, leren van/met peers, maatwerk, leercyclus.

De deelnemers:

• stellen SMART geformuleerde leervragen mbt didactisch/agogisch handelen, passend bij de persoonlijke ervaringen en het 'Competentieprofiel opleider en leden van de opleidingsgroep' van de KNMG;
• analyseren sterke punten en verbeterpunten van het eigen didactisch handelen in de dagelijkse context;
• toetsen de eigen referentiekaders rondom didactisch/agogisch handelen aan de verkregen feedback;
• formuleren een plan ter verbetering van het eigen didactisch handelen op de werkplek.

Bij voorkeur onderzoeken de deelnemers tijdens een follow-up traject de daadwerkelijke verbetering van het eigen didactisch/agogisch handelen (cyclisch leren).

Globale opzet training (totaal 7,5 uur waarvan 4 uur gezamenlijk en 3,5 uur individueel)

- Deel 1: gezamenlijke opstartbijeenkomst (2,5 uur)
- Deel 2: observatie van de individuele deelnemer op de werkvloer (2 uur) met aansluitendindividueel afrondend reflectiegesprek (1 uur)
- Deel 3: gezamenlijke afsluitende bijeenkomst (1,5 uur)

• Schriftelijke evaluatievragen aan het eind van de training kunnen de ervaren leeropbrengst van de deelnemer in kaart brengen (ook indien er geen follow-up sessie komt);
• Bij een follow-up traject kan worden voortgebouwd op de leeropbrengst van het vorige traject en kan vooruitgang samen met de begeleider in kaart gebracht worden.