De huisarts en ambulanceverpleegkundige zijn van elkaar afhankelijk in de spoedzorg. Heldere informatie uitwisseling en overdracht zijn daarbij cruciaal. Deze scholing richt zich op situaties die zich voordoen tijdens een reanimatie. Waarin kunnen de huisarts en de ambulancebemanning zich vinden bij vraagstukken zoals, beëindigen van de reanimatie en het helpen zoeken naar oorzaken die de patiënt reanimatiebehoeftig maken.  Dit overdragen wordt ook praktisch geoefend.  Door elkaar daadwerkelijk aan het werk te zien ontstaat inzicht in elkaars denkwijze en deskundigheid . Ook het juridisch kader wordt besproken, wie is waarvoor verantwoordelijk?

Na afloop van deze nascholing:

• zijn de reanimatievaardigheden opgefrist volgens de richtlijnen van de NRR.
• heeft de deelnemer inzicht in het belang van kritische beslismomenten tijdens de reanimatie.
• kan de deelnemer benoemen wat zijn rol en verantwoordelijkheid is bij een overdracht over een patiënt tijdens de reanimatiesetting.
• kan de deelnemer een SBAR overdracht uitvoeren conform de gezamenlijk opgestelde SBAR-methodiek, zoals vastgelegd in het overdrachtsformulier RAVU-Primair/LPA8.
• heeft de deelnemer inzicht in de deskundigheid en denkwijze van zijn koppelgenoot.