Dagelijks worden er in Nederland tienduizenden laboratoriumonderzoeken aangevraagd, bedoeld om de diagnostiek te ondersteunen. Door wetenschappelijk onderzoek en veranderende inzichten ontstaan er steeds meer mogelijkheden om, met behulp van laboratoriumonderzoek, ziektebeelden aan te tonen of juist uit te sluiten. Nieuwe bepalingen kunnen worden ingezet om sneller en in een vroeger stadium problemen met de verschillende organen aan te tonen. Ook wordt er in deze tijd van richtlijnen en protocollen, veel gewerkt met diagnostische pakketten. Op zich zijn dit soort pakketten praktisch, maar de vraag is wel of er met deze pakketten niet onnodig veel laboratoriumonderzoek wordt uitgevoerd. In de praktijk lijkt dit zeker het geval. Veel instellingen kijken dan ook steeds kritischer naar de wijze waarop het laboratorium onderzoek wordt ingezet. Het is dus van groot belang dat diegene dit laboratoriumonderzoek aanvragen goed op de hoogte zijn en blijven van de nieuwe ontwikkelingen.

Op deze nascholing zullen verschillende medisch specialisten, ieder binnen hun eigen expertise, de deelnemers diepgaand informeren over de meest recente ontwikkelingen en inzichten. Welk onderzoek is er nodig om het antwoord te krijgen op uw vraag en vooral ook welk onderzoek niet en is dus overbodig? Zijn er nieuwe bepalingen beschikbaar die sensitiever, specifieker of goedkoper zijn? Hoe interpreteer uw de uitslagen op de juiste wijze? En bij welke ziektebeelden en medicamenteuze behandelingen zijn er nieuwe inzichten waar rekening meer gehouden moet worden bij het interpreteren van de uitslagen? Deze onderwerpen komen aan bod waarbij er voor een deel zal worden gewerkt met casuïstiek onderwijs.

Leerdoelen:

• De deelnemer heeft kennis van de meest recente onderzoeksresultaten vanuit wetenschappelijk onderzoek met betrekking op de tijdens deze nascholingsdag behandelde ziektebeelden en de daarbij behorende laboratoriumdiagnostiek.
• De deelnemer is zich meer bewust van de kosten van de verschillende onderzoeken en kent zijn/haar verantwoordelijkheid bij het aanvragen ervan.
• De deelnemer heeft kennis van de nieuwste laboratoriumbepalingen, hun sensitiviteit en specificiteit en de diagnostische toepasbaarheid.
• De deelnemer heeft kennis van de gevolgen cq. invloeden van het farmacotherapeutisch handelen op de laboratoriumbevindingen.

De bovenstaande leerdoelen hebben betrekking op de endocrinologie, nefrologie, hematologie, hepatologie, vasculaire geneeskunde en ouderengeneeskunde.