Opleider als beoordelaar
Module C bestaat uit 4 praktische trainingsdagen met als onderwerpen:
Dag 1. Volgen en sturen leerproces door toetsen en beoordelen
De opleider gebruikt toetsen en beoordelen als essentiële onderdelen voor sturing van het leerproces en zet ze op de juiste momenten in.
Dag 2. Educatief toetsen
De opleider gebruikt de toetsen als instrument om feedback te geven op de mate van competentiebeheersing van de aios.
Dag 3. Selectief beoordelen
De opleider komt tot een afgewogen en goed onderbouwde beoordeling en advies over het voortzetten van de opleiding van de aios.
Dag 4. Begeleiden van een extra begeleidingstraject
De opleider kan een Extrabegeleidingstraject mede opstellen, begeleiden en beoordelen.
De opleider:
- Past de algemene kaders, begrippen en principes ten aanzien van toetsen en beoordelen adequaat toe
- Ondersteunt de aios bij het opstellen en uitvoeren van een individueel toetsplan
- bewaakt de representativiteit van het portfolio
- fungeert als rolmodel
- verzamelt relevante informatie tbv de voortgang en beoordeling van de aios
- ondersteunt bij het formuleren van haalbare leerdoelen en bijbehorend plan van aanpak
- koppelt leerresultaten terug, beoordeelt en legt de voortgang in het leerproces vast
- is in staat andere professionals een effectieve bijdrage aan de opleiding te laten geven
- fungeert als rolmodel
- bewaakt de representativiteit van het portfolio
- verzamelt relevante informatie tbv de voortgang en beoordeling van de aios
- koppelt leerresultaten terug, beoordeelt en legt de voortgang in het leerproces vast
- identificeert eigen valkuilen en gebruikt deze als leerinstrument in het opleiden
- verzorgt een effectieve en vertrouwelijke informatieoverdracht over het functioneren van de aios
- handelt volgens de relevante wet- en regelgeving voor de opleiding tot specialist ouderengeneeskunde
- Fungeren als rolmodel
- ondersteunt bij het opstellen van een Extrabegeleidingstraject
- betrekt de relevante informatie van anderen op de juiste wijze bij toetsing en beoordeling
- kan de voortgang van het leerproces in het Extrabegeleidingstraject op de juiste wijze vastleggen en monitoren