![]() |
Huisartsen en andere zorgverleners spelen een hele belangrijke rol bij het tot stand komen van de juiste zorg aan vrouwen die besneden zijn. Zij kunnen het probleem signaleren en bespreekbaar maken. Maar de (medische) professionals vinden het vaak lastig om met vrouwen over hun besnijdenis te praten. Ze weten niet hoe erover te beginnen en ook niet wat ze wel of niet kunnen zeggen en vragen. Daarvoor is kennis nodig van mogelijke klachten die gerelateerd zijn aan vrouwelijke genitale verminking (vgv), en de juiste attitude om in een open communicatief contact het gesprek aan te gaan. Huisartsen en andere zorgverleners kunnen het verschil maken.
Besneden vrouwen kunnen die klachten soms niet duidelijk verwoorden of weten zelfs niet dat besnijdenis de oorzaak is. De taal en culturele achtergrond kunnen een barrière vormen.
De gepresenteerde klachten van vrouwen zijn overwegend: buikpijn, vaginale klachten, klachten van de blaas en algemene ongemakken als kou, moe en slap gevoel. Ook veel somatische onverklaardeproblemen worden genoemd en andere veel voorkomende klachten zijn van seksuele aard. Deze laatste zijn voor de vrouwen niet makkelijk bespreekbaar te maken bij zorgverleners, vrouwen praten hier onderling wel over.
Een voorbeeld is een Somalische vrouw die regelmatig op het spreekuur kwam met terugkerende blaasontstekingen, de betreffende huisarts schreef antibiotica voor. Deze vrouw durfde zelf niet over haar besnijdenis te beginnen, daardoor kreeg zij in dit geval niet de juiste zorg om de oorzaak van de blaasontstekingen aan te pakken.
Het niet bespreekbaar maken en niet herkennen van de klachten door de zorgverleners en ook door de vrouwen zelf, maakt dat de vrouwen niet de juiste hulpverlening krijgen. Hoe hierover te communiceren is van groot belang bij dit onderwerp. Dit komt ook aan de orde tijdens de scholing.
Leerdoel
Inhoud
Algemene introductie over vgv, voorkomende psychische en lichamelijke en seksuele klachtenen mogelijkheden van hulp en verwijzing
Docenten
Mw. em. prof. dr.A.E.M. Lagro-Janssen, huisarts
Mw. J.M. Bolt, arts seksuoloog
Mw. A. S. Pameijer, kaderhuisarts Urogynaecologie
Mw. G. Vije-Renken, M.P.A. klinisch verloskundige