Inhalatiemedicatie is de belangrijkste vorm van farmacotherapie bij patiënten met COPD en astma. Het resultaat van de behandeling wordt echter niet alleen bepaald door het toegediende medicijn, maar ook door de toedieningsvorm en patiëntgebonden factoren. Alle patiënten verdienen een inhalator die afgestemd is op hun behoeften en mogelijkheden en er is keus genoeg! Of te veel?

Inhoud:

Er zijn zoveel soorten inhalatiemedicatie en toedieningsvormen dat het belangrijk is te weten op welke essentiële punten de keuze gemaakt moet worden.

• Welke patiënt betreft het?
• Welk soort medicijn?
• Waar in de long moet het terechtkomen?
• Welke toedieningsvorm is hiervoor geschikt?

Bij “lastige” patiënten kan de specialist wellicht ondersteuning bieden of kan er in overleg met hem/haar beter afgestemd worden. Middels casuïstiekbespreking komen bovenstaande thema’s aan bod, waarbij de specialist dieper ingaat op pathofysiologie en de werking van het medicij

Na deze scholing:

• beheerst de huisarts en de POH de kennis van de pathofysiologie van COPD en astma, zoals van een HaMA wordt verwacht
• kan de huisarts en de POH een goede patiëntgerichte keuze maken voor inhalatiemedicatie en devices
• weet de huisarts en de POH wanneer hij/zij de kaderarts of specialist kan of moet raadplegen