Aan het einde van de cursus heeft de cursist een actuele update aan kennis van de onderwerpen: CVRM, atriumfibrilleren, beroerte en hartfalen.

• CVRM: de cursist weet dat de richtlijn ≠ keurslijf. Deze geeft handvatten voor individuele kwalitatieve zorg en er is een noodzaak voor individueel beleid. Er is ruimte voor discussie. 
• Atriumfibrilleren: de cursist kent de nieuwste inzichten op het gebied van , ‘rate-control’, risicoschatting en de rol van de nieuwe orale anticoagulantia tov de orale anticoagulantia.
• Beroerte en aandacht voor de spoedindicatie.
• Hartfalen en het verschil tussen systolisch en diastolisch hartfalen, de rol en waarde van aanvullende diagnostiek, de rol van de POH en nieuwe mogelijkheden op gebied behandeling