Inleiding

Het verbeterprogramma Palliatieve Zorg van ZonMw ondersteunt zorgaanbieders om met bestaande kennis en inzichten de palliatieve zorg verder te verbeteren. Hiervoor heeft een onafhankelijk commissie van experts uit onderzoek en de zorg een aantal ‘Goede Voorbeelden’ geselecteerd, die hun nut in de praktijk hebben bewezen en navolging verdienen. Het zijn ‘best practises’ die bijdragen aan de belangrijkste doelstellingen van het Verbeterprogramma:

• patiënten sterven op de plek van hun voorkeur
• patiënten en naasten voeren zelf de regie
• de zorg is goed op elkaar afgestemd
• patiënten krijgen zorg die is afgestemd op hun specifieke wensen, behoeften en waarde
• er is aandacht voor zorgbehoeften op lichamelijk, psychosociaal en spiritueel gebied.

Een van deze best practises is het PaTz project. PaTz staat voor Palliatieve Thuiszorg. Het project heeft tot doel de samenwerking tussen huisartsen, wijkverpleegkundigen en consulenten palliatieve zorg te bevorderen waardoor de kwaliteit in de palliatieve thuiszorg, respectievelijk van de transmurale samenwerking, toeneemt.

In de afgelopen jaren zijn in Rotterdam twaalf PaTz-groepen ontstaan, terwijl begin 2015 twee nieuwe groepen starten. De ambitie is om alle huisartsengroepen in de komende drie jaren aan te laten sluiten.

Deze scholing voor voorzitters-huisartsen en voor consulenten palliatieve zorgis georganiseerd om van elkaar te leren en te komen tot aanbevelingen voro aanpassing werkwijze en rollen om zodoende de doelen van PaTz (nog beter) te bereiken.

Algemene Leerdoelen:

1. Voorzitters en medisch en verpleegkundig consulenten palliatieve zorg evalueren hun werkwijze en onderscheiden hun eigen rollen tijdens en naar buiten de PaTz-bijeenkomsten.
2. Voorzitters en consulenten weten hoe zij hun werkwijze tijdens de PaTz-bijeenkomst kunnen aanpassen.
3. Voorzitters en consulenten weten op welke wijze zij elkaar en de andere deelnemers (huisartsen en wijkverpleegkundigen) kunnen stimuleren tot een zo goed mogelijke, actieve inbreng tijdens de PaTz-bijeenkomst en zodoende te motiveren om juist “rond het bed” effectiever en geïnspireerd samen te werken.
4. Voorzitters en consulenten kunnen intervisie-technieken gebruiken en zodoende leerpunten en structurele knelpunten zichtbaar maken die kunnen leiden tot het (nog beter) behalen van de PaTz-doelen.

Specifieke Leerdoelen:

1. Cursist kan de doelen van de PaTz-bijeenkomsten benoemen, te weten:
   1. Verbeteren van de kwaliteit van de zorg voor patiënten en hun naasten
   2. Betere en efficiëntere samenwerking tussen huisartsen, wijkverpleegkundigen en consulten palliatieve zorg
2. De cursist weet hoe hij/zij het (digitale) Palliatief Zorg Register kan hanteren alsmede de daarin opgenomen “tools” . Tools, welke bij adequaat gebruik leiden tot verhoging resp handhaven van de kwaliteit van de palliatieve zorg voor patiënten en hun naasten
3. De cursist weet de principes van Intervisie, resp specifiek voor de PaTz-groep:
   1. Bespreken systematiek organisatie palliatieve zorg
   2. Bespreken leerpunten
   3. Bespreken structurele knelpunten
   4. Bespreken onderwijsbehoefte
4. Cursist weet hoe een PaTz-bijeenkomst voorbereid, geleid en geëvalueerd (verslag, inclusie presentielijst) en jaarverslag) wordt.
5. Cursist kent de principes van groepsdynamische processen en de rollen van de verschillende betrokken disciplines: voorzitter, huisartsen, medisch en verpleegkundige consulenten palliatieve zorg, eventueel andere disciplines (zoals geestelijk verzorgers) en (op afstand) het Netwerk Palliatieve Zorg.
6. De cursist heeft ervaring opgedaan met het palliatief redeneren.