Module 1, boezemvergroting en kamerhypertrofie:
Na het volgen van module 2.1 is de huisarts (in opleiding) in staat om of op de hoogte van:
een ecg systematisch te beoordelen
de elektrocardiografische configuratie en de criteria van vergroting van de rechter boezem
de elektrocardiografische configuratie en de criteria van vergroting van de linker boezem
de elektrocardiografische configuratie en de criteria van hypertrofie van de rechter kamer
de elektrocardiografische configuratie en de criteria van hypertrofie van de linker kamer

Module 2, geleidingsstoornissen:
Na het volgen van module 2.2 is de huisarts (in opleiding) in staat om of op de hoogte van:
een ecg systematisch te beoordelen
de elektrocardiografische kenmerken en criteria van een sino-auriculair of een ander exitblok
de elektrocardiografische kenmerken van de verschillende atrioventriculaire geleidingsstoornissen: Mobitz 1, Mobitz 2 en totaal AV blok
de elektrocardiografische kenmerken van een linker en een rechter bundeltakblok
de elektrocardiografische kenmerken van een geleidingsstoornis in de voorste en de achterste fascikel van de linker bundeltak
herkenning van niet specifieke, intraventriculaire geleidingsstoornissen

Module 3, ritmestoornissen 1 (tachycardie met smal QRS complex):
Na het volgen van module 2.3 is de huisarts (in opleiding) in staat om of op de hoogte van:
een ecg systematisch te beoordelen
de differentiaal diagnose van een tachycardie met smalle QRS complexen
de kenmerken van de verschillende vormen van een tachycardie met een smal QRS complex
het globale pathofysiologisch mechanisme dat aan de verschillende tachycardieën ten grondslag ligt
de mogelijke oorzaken van een tachycardie (voor zover te benoemen)
de techniek van sinus caroticus massage en het effect hiervan op de verschillende vormen van een tachycardie met een smal QRS complex
de contra-indicaties van sinus caroticus massage
de kenmerken van pre-excitatie op een ecg tijdens een normaal ritme

Module 4, ritmestoornissen 2 (tachycardie met breed QRS complex, bradycardie, ectopische slagen/ritme):
Na het volgen van module 2.4 is de huisarts (in opleiding) in staat om of op de hoogte van:
een ecg systematisch te beoordelen
de differentiaal diagnose van een tachycardie met brede QRS complexen
de kenmerken van de verschillende vormen van een tachycardie met een breed QRS complex
het globale pathofysiologisch mechanisme dat aan de verschillende tachycardieën met breed QRS complex ten grondslag ligt
de mogelijke oorzaken van deze tachycardieën (voor zover te benoemen)
globale kennis van de differentiatie tussen VT en SVT met brede complexen
de verschillende vormen van een bradycardie met een smal QRS complex
de verschillende vormen van een bradycardie met een breed QRS complex
herkennen van ectopische slagen en ritme
de oorsprong benoemen van ectopische slagen en ritme

Module 5, ischemie en infarct:
Na het volgen van module 2.5 is de huisarts (in opleiding) in staat om of op de hoogte van:
een ecg systematisch te beoordelen
globale kennis van de vascularisatie van het hart
de definities van de klinische beelden angina pectoris en acuut coronair syndroom
de elektrocardiografische kenmerken van een acuut myocard infarct
een inschatting maken van de omvang van de schade
het beloop in de tijd van het ecg beeld van een acuut myocard infarct
indeling van de myocard infarcten naar lokalisatie
de differentiaal diagnose van ST segment deviaties en T top veranderingen

Module 6, varia:
Na het volgen van module 2.6 is de huisarts (in opleiding) in staat om of op de hoogte van:
een ecg systematisch te beoordelen
de mogelijke ecg veran