In deze cursus komt eerst een aantal algemene aspecten van anemie aan de orde, zoals de definitie, epidemiologie, klachten en symptomen. De verschillende vormen van anemie en hun ontstaanswijze worden besproken, waarbij de nadruk ligt op de vormen van anemie die samenhangen met gebrek aan ijzer, vitamine B12 en foliumzuur. Ook de anemie bij chronische ziekten komt ter sprake. Andere vormen van anemie, hun wijze van ontstaan en behandeling, worden kort vermeld. Daarna wordt nader ingegaan op anemie bij ouderen. De klinische symptomen, de parameters voor laboratoriumonderzoek en de behandeling worden besproken.

Na het volgen van deze cursus:

• kent u de functies van de erytrocyt.
• kent u de feedback van productie voor erytrocyten.
• kent de symptomen van een anemie.
• kent u het onderscheid tussen verschillende vormen van anemie:
  • pathofysiologische indeling: verlies, aanmaak en afbraak.
  • morfologische indeling: microcytair, normocytair en macrocytair.
• kent u de belangrijkste hoofddiagnosen van chronische anemie bij ouderen:
  • ferriprieve anemie.
  • anemie der chronische ziekte.
  • vitamine B12-deficiëntie.
  • foliumzuurdeficiëntie.
• kent u van bovenstaande hoofddiagnose van anemie bij ouderen de belangrijkste onderliggende oorzaken.
• kunt u aan de hand van de gestelde diagnose een voorstel doen voor de farmacotherapie.
• kunt u tijdens een medicatiereview relevante parameters interpreteren, zoals Hb en ferritine bij het gebruik van ferrofumaraat.
• kunt u tijdens een medicatiereview de rationale van de behandeling van anemie evalueren en zo mogelijk een aangepast advies formuleren voor nadere controles.