Een rood oog is een frequent voorkomende klacht in de huisartspraktijk. Een huisarts ziet in een normpraktijk gemiddeld twee tot drie patiënten per week met deze klacht. De meeste consulten zijn eenmalig. Het is echter belangrijk het onderscheid te kennen tussen onschuldige self-limiting aandoeningen en ernstige oogaandoeningen.
In deze cursus komen verschillende verschijningsvormen van het rode oog en hun epidemiologie en etiologie aan de orde. U leert een rood oog te beoordelen aan de hand van het diagnostisch algoritme uit de NHG-Standaard Het rode oog. Daarnaast worden de niet-medicamenteuze en medicamenteuze behandeling besproken en leert u de inschatting te maken tussen onschuldige en ernstige oogaandoeningen.
Na het volgen van deze cursus kunt u:
Inhoud
Module 1
Inventarisatie
Anatomie van het oog
Oogklachten met alarmsymptomen
• Alarmsymptomen
• Episcleritis
• Aanvullend onderzoek
• Iridocyclitis (uveitis anterior)
• Keratitis
• Keratoconjunctivitis epidemica
• Herpes keratitis
• Herpes zoster keratitis
• Scleritis
• Acuut glaucoom
Module 2
Niet-traumatische oogletsels zonder alarmsymptomen
• Oorzaken
• Subconjunctivale bloeding
• Allergische conjunctivitis
• Contactallergische conjunctivitis
• Blefaroconjunctivitis
Niet-traumatische oogletsels zonder alarmsymptomen, zonder jeuk
• Bacteriële conjunctivitis
• Virale conjunctivitis
• Keratoconjunctivitis sicca
• Ectropion
• Entropion
• Oogdruppelen
Literatuur
Evaluatie
Plan van aanpak
Eindtoets